Utrecht wil eredivisiebasketbal terug

Door Martin Hoekstra

OEGSTGEEST, 5 januari 2017 – Onlangs organiseerde het bestuur van de DBL een meeting voor potentiële nieuwkomers. Liefst zes initiatiefnemers meldden zich op deze bijeenkomst. Vandaag brengen we deel vijf: het initiatief voor de terugkeer van eredivisiebasketbal in Utrecht.

Als het gaat om de geschiedenis van het mannenbasketbal in Nederland kan niemand om Utrecht heen. SVE was in 1967 namelijk de eerste landskampioen die niet uit Amsterdam kwam. Sinds DED het eerste landskampioenschap in 1946 won, bleef de titel tot en met 1966 uitsluitend voorbehouden aan clubs uit de hoofdstad. SVE, dat in 1965 debuteerde op het hoogste niveau, had daar wel een beslissingswedstrijd voor nodig tegen Landlust Amsterdam. In Haarlem was SVE op 7 mei met 77-70 te sterk voor de Amsterdammers. Bekende namen uit dat seizoen zijn onder anderen Cees Smit, Roel Tuinstra, Bart Tuinstra, Bob Woudstra en de tot Amerikaan geneutraliseerde Est Vello Aring.

Door het landskampioenschap deed de Utrechtse formatie het seizoen daarop mee aan de FIBA Champions Cup. Het avontuur ging niet verder dan de eerste ronde, want het machtige Real Madrid was beide wedstrijden te sterk: 66-90 en 67-112. De Spaanse ploeg veroverde uiteindelijk de titel. SVE slaagde er wel in om in 1968 het nationale bekertoernooi te winnen.

SVE is in de historie de best presterende ploeg uit Utrecht geweest. In de periode 1965-1971 eindigde de ploeg drie keer in de top-4. Overigens was SVE niet de eerste Utrechtse ploeg in de eredivisie. In het seizoen 1962/1963 eindigden de Holland Daggers als elfde en voorlaatste.

BC Utrecht, wat vooral bekend stond als BC Markt, kwam tussen 1974 en 1987 vier seizoenen op het hoogste niveau uit. In 1977 besloot de NBB dat de Utrechtse formatie moest degraderen in plaats van Leiden waar geldschieter Parker net was binnengehaald. Tegen het eind van de twintigste eeuw draaide Prisma College, het voormalige OSG, ook nog drie seizoenen in de eredivisie mee. Zowel BC Utrecht als Prisma College vertoefde in de onderste regionen.

Oud-international Cees van Rootselaar vindt het niet kunnen dat zo’n grote stad als Utrecht, waar veel basketbalclubs te vinden zijn, geen vertegenwoordiger heeft in de Dutch Basketball League. “Vier jaar geleden kwam ik met het idee om eredivisiebasketbal in Utrecht te beginnen”, legt Van Rootselaar uit. “Sinds die tijd is er een werkgroep aan de gang gegaan om te kijken naar de mogelijkheden. Sinds augustus 2016 is de hal in Sportcentrum Oudenrijn verbouwd en is UBALL daar begonnen met trainen en wedstrijden te spelen. In dat sportcentrum kan zeker eredivisiebasketbal gespeeld worden. De vloer is goed en de baskets ook. Eigenaar Rob Veldhuis heeft er hard aan gewerkt om de hal klaar te krijgen voor eredivisiebasketbal.”

Van Rootselaar geeft aan dat er momenteel hard wordt gewerkt om in september van dit jaar toe te treden tot de Dutch Basketball League. De werkgroep is nu druk bezig met het commerciële traject: “Er is wel belangstelling vanuit het bedrijfsleven, maar dat is nog niet concreet. Daar wordt hard aan gewerkt. Zo zal er binnenkort een avond worden georganiseerd voor het bedrijfsleven.”

Ook wordt aandacht besteed aan de samenwerking tussen UBALL en het eredivisieteam. “UBALL is top als talentenontwikkeling en het eredivisieteam geeft de talenten dan de mogelijkheden om door te kunnen groeien. Als er in Den Helder geen eredivisieteam was geweest, had nooit iemand mij gekend!”

Naast UBALL werkt Utrecht Basketball ook samen met SVO en de rolstoelvereniging Antilope. “Deze verenigingen spelen allemaal hun wedstrijden in Sportcentrum Oudenrijn en trainen hier ook. Daarna zal ook de samenwerking worden gezocht met alle verenigingen in Utrecht en de provincie Utrecht.”

Op 1 februari moeten de nieuwe initiatieven voor eredivisiebasketbal aangeven of zij de intentie hebben om komend seizoen toe te treden tot de Dutch Basketball League. Die intentie is er zeer zeker bij Van Rootselaar. “In de werkgroep wordt er goed gekeken of het wel financieel mogelijk is. Half februari is er een bijeenkomst voor het bedrijfsleven en als daar genoeg enthousiasme is en aanmeldingen zijn, willen we echt volgend seizoen al beginnen. Maar we zullen dit altijd kritisch bekijken.”

Bron: www.dutchbasketballleague.nl